Stekkeuze
buitenbochten:
- hardste stroming van de rivier
- diepste stukken in de rivier (tussen 5 en 8 meter)
- gebruik zware korven (tussen 80 en 140 gram)
- vis ligt hier vaak dicht bij de kant (tussen 15 en 30 meter)
- vangst zal hoofdzakelijk bestaan uit grotere, sterke vis en waarschijnlijk minder in aantal
binnenbochten:
- stroming veel minder hard
- ondiepe stukken in de rivier (tussen 2 en 5 meter)
- gebruik lichtere korven (tussen 50 en 90 gram)
- vis ligt meer verspreid (tussen 15 en 50 meter)
- vangst zal hoofdzakelijk bestaan uit wat kleinere vis, maar aantallen vergoeden veel en vooral brasem houdt van deze stekken
strekdammen:
- hardere stroming van de rivier
- meer constante diepte (tussen 4 en 6 meter)
- gebruik zware korven (tussen 80 en 140 gram)
- vis ligt hier verspreid (tussen 20 en 45 meter)
- vangst zal erg verschillend zijn maar grotere, sterke vis zal de hoofdmoot vormen, grote aantallen zijn hier ook goed mogelijk
Jaargetijden
Winter:
- vis in de diepere riviergedeelten
- vis tussen de kribben (tussen 15 en 25 meter)
- wees voorzichtig met aas in het voer en aan de haak
Voorjaar:
- vis in de ondiepere riviergedeelten (warmen sneller op)
- vis op verschillende afstanden (tussen 20 en 50 meter)
- geef wat meer aas met het voer mee, vooral casters, geldt ook voor op de haak
Zomer:
- vis ligt overal, ’s morgens vaak ondieper, later in de hoofdstroom
- vis op verschillende afstanden en ga actief op zoek, gebruik de (hele) rivier
- geef maximaal aas met het voer mee, hang de haak goed vol
Najaar:
- vis ligt nog overal, maar trekt zich langzaam terug naar dieper water
- vis op verschillende afstanden en ga actief op zoek
- doseer je aasaanbieding en kijk hoe de vis reageert, geldt ook voor op de haak
Materialen
- zorg voor een degelijke en stabiele ondergrond
- investeer in een goed systeem, kijk ook naar 2e-hands kwaliteitsmaterialen
- zorg dat je al je spullen binnen handbereik heb, koop de juiste hulpstukken bij je systeem
Hengels:
- gebouwd op een flexibele/parabolische blank, maar wel met ruggengraat
- zorg voor verschillende hengels om de verschillende stekken optimaal te kunnen bevissen
- lengte van de hengels moet liggen tussen de 3.9 en 4.5 meter
- houd tijdens de dril de hengel hoog, vooral bij steile taluds
Molens:
- kies voor feedermolens of zware spinmolens, deze hebben een dikke as en zijn beter bestand tegen het continue werpen met zware korven
- belangrijke eigenschappen: hoge inhaalsnelheid, diepe spoel, goed gelagerd
- kies voor kwaliteit, dit betaalt zich op den duur uit!
Lijnen:
- nylon: tot 35 meter afstand, zorgt voor rek, minder waterdruk
- dyneema: vanaf 30 meter, geen rek dus altijd icm voorslag, goede beetindicatie
Montage:
- houd het eenvoudig, gebruik een zelfhaaksysteem (bijv. lus-in-lusmontage)
- gebruik een goed geleidende schuifwartels, minder weerstand bij een aanbeet
- gebruik lange onderlijnen, gemiddeld 1 meter, min.60 cm, max.1.5 meter
- verander de lengte van de onderlijn wanneer aanbeten niet/niet goed doorkomen
Korven:
- vis bij voorkeur met ankerloze korven, deze ivm de natuurlijkere aasaanbieding
- neem de korf exact zo zwaar dat deze langzaam over de bodem “loopt”, ongeacht het type korf
- bepaal het gewicht en type voerkorf voor iedere te bevissen stek opnieuw
- probeer altijd zo licht mogelijk te vissen naar gelang de omstandigheden
Haken:
- moeten altijd scherp en sterk zijn en over een ruime haakbocht beschikken
- vervang botte haken zo snel mogelijk, anders zul je vis gaan verspelen
- bepaal de haakgrootte adhv de seizoenen, eetlust van de vis en de grootte van het aas
.